K19 Buitenplaats Westerheul
Johan Joosten de Putter, lakenkoper uit Den Haag, kocht tussen 1676 en 1683 bij de ‘Quintsheulbrugge’ in de Oude Broekpolder langs de Lange Wateringkade 13,5 morgen land (zo’n 12 hectare) waarop weilanden, hooilanden, boomgaarden, een huis en erve. Hij richtte dit in als hofstede met rondom plantages, lanen, tuin, vijver en boomgaard.
In 1693 verkocht zijn zoon Michiel deze hofstede aan Abraham Selckart van Wouw. Abraham verfraaide het tot een ‘Plaisante Hofstede met Voorhof, Heerenhuisinge, Bloemstukken, Hofsieraden, Oranjenhuis, Laenen, Vijvers, Boomgaerden, Aspargie Landt’ en meer met 34 morgen land lopend tot aan de Zweth. De buitenplaats was echter een kort leven beschoren; ergens halverwege de achttiende eeuw was er niets meer van over. Op de plek van het huidige Westerheul werd in 1907 de eerste Heulse veiling gebouwd.